(“En wie doet dan de vadertaken bij de kinderen?” – nou, wij dus gewoon allebei, Henk.)

Liefde is liefde… maar uitleggen moeten we blijven doen

Toen onze dochter geboren werd, dacht ik nog dat de tijden veranderd waren. We hadden een kraamverzorgster die zonder blikken of blozen “mama één en mama twee” noemde, de buren brachten beschuit met muisjes, en zelfs mijn schoonmoeder zei niet eens iets over “een man in huis”.

Tot we voor het eerst naar het consultatiebureau gingen.
“En… wie is dan de vader?”
“Eh, die is anoniem. Maar we hebben wél twee moeders.”
Knikje. Stilte.
“En wie doet dan de vadertaken?”

Wat zijn die vadertaken precies?

Ik heb altijd al willen weten wat dat dan inhoudt, “vadertaken”. Boortaken? BBQ’en? Stoer met een kind op de nek over het strand lopen? Mijn vrouw doet alledrie. En ik ook, als ik niet struikel over een emmer sop.

Toch blijven die vragen komen. En niet eens altijd onvriendelijk bedoeld – gewoon uit onwetendheid. Maar het zijn wél de dingen die je alleen hoort als je geen traditioneel man-vrouwplaatje vormt.

Hier een greep uit de greatest hits die we in de afgelopen zeven jaar voorgeschoteld kregen:

De klassiekers

“Maar kinderen hebben toch een man als voorbeeld nodig?”
Tuurlijk. Daarom kijken we Expeditie Robinson en laten we onze zoon af en toe de postbode een boks geven. Voldoende mannelijkheid voor de komende tien jaar.

“Wie is de ‘echte’ moeder?”
We zijn allebei heel echt. Van vlees en bloed. Met wallen en alles.

“Heeft hij jullie al ‘mama’ genoemd, of zegt hij ‘mama’ tegen één van jullie?”
Ja. Allebei. Soms zegt hij het zelfs tegen de kat.

“Krijgt hij later geen identiteitscrisis?”
Ik hoop vooral dat hij leert wie hij is, met of zonder vaderfiguur. En dat hij zijn schoenen leert opruimen. Prioriteiten.

De verrassend creatieve varianten

“Maar wie doet de opvoeding en wie de verzorging?”
Goh, we proberen dat een beetje samen te doen. Soms zelfs tegelijk. Revolutionair, hè?

“Is er een man in de buurt die af en toe even kan bijspringen?”
Alleen als het om IKEA-kasten gaat. En zelfs dan liever niet.

“Wat nou als je zoon met tractors wil spelen?”
Dan krijgt hij tractors. En hij mag er ook mee naar balletles als hij wil.

En tóch, het went

We lachen er inmiddels om. Niet omdat het oké is, maar omdat het anders zo vermoeiend wordt. En omdat we snappen dat het voor veel mensen nog wennen is. Zolang de vragen oprecht zijn, geven we ook oprechte (maar bij voorkeur licht sarcastische) antwoorden.

We zijn geen vaders. We zijn twee moeders. En dat is niet “minder”, dat is gewoon anders. We zorgen, werken, voeden op, knuffelen, schreeuwen af en toe en vangen elkaar op als het even te veel is. Net als elk ander ouderpaar.

Lees ook:

Heb jij ook wel eens een opmerking gekregen waarbij je je afvroeg: “Meen je dit nou echt?” Deel je verhaal – dan lachen we er samen om. Of huilen. Maar waarschijnlijk gewoon lachen.

#nospon